Corona grensoverschrijdend?

Om vandaag een column te schrijven zonder dat het over corona gaat, is vrijwel onmogelijk. Het lijkt immers of de hele wereld tot stilstand gekomen is en alles draait om de strijd tegen de coronapandemie. In zekere zin terecht, deze strijd raakt immers op de één of andere manier iedereen in onze geglobaliseerde wereld. Het virus trekt zich, ondanks al ons pogen, weinig aan van grenzen en stoort zich ook niet aan religieuze overtuigingen.

De strijd tegen dit kwaad verbindt ons, tenminste het lijkt vanzelfsprekend dat een gezamenlijke strijd van belang isEen pandemie als deze brengt echter vaak mooie woorden over gezamenlijk belangen, maar in de praktijk vooral verwijdering in plaats van verbinding. We zien dat op allerlei niveaus. De ‘scramble for vaccins’ vindt alom plaats en verdeelt de wereld op een ongekende manier. Rijke landen kopen het leeuwendeel van de testen en de vaccins. De kloof met de z.g.n. derde wereld wordt hierdoor eerder groter dan kleiner. En volgens virologen zal dat er uiteindelijk toe leiden dat het virus blijft rondgaan en muteren, en uiteindelijk weer een variant opleveren die ook het rijke westen weer hard zal raken.  

Dichterbij blijkt dat mensen zich terugtrekken in de sfeer van het vertrouwde, de eigen bubbel. We kijken met meer wantrouwen naar de mensen die geen onderdeel zijn van onze inner cirlceVage contacten worden nog vager, en de eigen kring steeds kleiner. Psychologen vrezen dat dit langdurige negatieve effecten kan hebben op de gemeenschapDe ander raakt immers buiten beeld en onze eigen kleine kring wordt nog sterker het punt waar de wereld om draait.  

In de geschiedenis zijn dit de bekende en begrijpelijke reacties op pandemieën. Het gebeurde in de tijden van de pest, de cholera etc. In het verleden ging dit vaak gepaard met het zoeken van een zondebok. Je schermt je niet alleen af van de ander, maar de ander wordt ook veroordeeld. De Joden in Europa werden gezien als de oorzaak van de pest. Welke impact zal deze pandemie hebben op de contacten tussen de verschillende groepen in Nederland? De tendens om anderen te blameren werd ook zichtbaar in deze pandemie. Het virus werd al heel snel een ‘Chinees virus 

Tijdens de tweede golf bleek meer dan 50% van de coronapatiënten op het IC in Amsterdamse ziekenhuizen een migratie achtergrond te hebben, en de Nederlandse taal niet of nauwelijks machtig te zijn. PVV-leider Geert Wilders gaf op Twitter direct zijn commentaar: ‘Dus behandelingen en operaties van Henk en Ingrid met kanker, hartfalen of andere ziektes worden weer uitgesteld omdat de ic’s vooral bezet worden door Mohammed en Fatima die onze taal niet spreken en lak hebben aan de regels?’  

Het blijkt dat ook nu een pandemie gemakkelijk de tegenstellingen, het wantrouwen tussen bevolkingsgroepen kan vergroten. Opvallend is dan dat dit zomaar ook de kerk kan treffen. Misschien zelfs meer dan op de allochtone medelanders, zijn de kerken in beeld gekomen als brandhaarden. Het zijn blijkbaar mensen die zich niet aan de regels houden, en zich niet op de gebruikelijke manier mengen in het maatschappelijke debat. Daar tegenover staan de pogingen van kerkgenootschappen en overlegorganen om juist deze reactie te voorkomen. Wat dan binnen kerken dezelfde processen van veroordeling en uitsluiting oplevert! Kerken, gemeenteleden die deugen, tegenover degenen die nergens om geven en alles maar laten gebeuren. 

De taal van de uitsluiting, het verdelen van de mensen in wij en zij, het blameren van de ander, is een veelkoppig monster. Het keert zich tegen elke mogelijke minderheid. Verandert van richting, maar behoudt haar karakter. Werden in het begin van onze jaartelling de christenen gezien als degene die zich schuldig maakten aan kinderoffers en het drinken van bloed. Nu kan dat zelfs door ‘christenen’ gebruikt worden tegen liberale politici.  

Corona doorbreekt alle grenzen, maar de reactie van ons doet dat niet! Het lijkt erop dat het oprichten van oude en nieuwe grenzen hét antwoord is dat we kunnen bedenken. Daagt de pandemie ons niet uit om toch weer na te denken over onze relatie met de ander? Het begint met de vraag hoe we over de ander spreken. Taal doet er toe. Het vraagt ook om vormen van contact. Hoe ingewikkeld ook op dit moment. Ook met de medelander met een migratie achtergrond of de islamitische buurman en buurvrouw. We moeten ons hoeden voor gedrag en taal die verdeelt, geen nieuwe grenzen oprichten, maar afbreken. Misschien meer dan ooit relevant, nu we misschien ook beter beseffen dat we niet alleen daders kunnen zijn, maar evengoed slachtoffer.  

Ds.J.P. (Jan) Ouwehand 

Na enkele jaren zendings- en hulpverleningswerk te hebben gedaan, is Jan predikant geworden in de Protestante Kerk in Nederland. Hij diende de gemeente van Wilnis en was daarna bijna 11 jaar directeur van de GZB, een zendingsorganisatie binnen de PKN. Sinds 15 november 2020 is hij fulltime predikant van de gemeenten Ilpendam en Watergang. Enkele jaren maakte Jan deel uit van het bestuur van de Stichting leerstoel de Kerk in de context van de Islam en heeft daar actief meegedacht in de ontwikkeling van het onderzoeksproject inclusion versus exclusion